dinsdag 22 december 2015
zondag 6 december 2015
donderdag 5 november 2015
Beste Collega’s,
We nodigen u graag uit op de personeelsvergadering van 17 november 2015.
Dit voor de toelichting betreffende de tewerkstellings-CAO.
We vragen u vriendelijk om aanwezig te zijn op deze vergadering.
Meer info betreffende de uurregelingen kan u vinden hieronder of bij uw ABVV afgevaardigden.
Mvg,
ABVV HEN Houthalen
Infovergaderingen arbeiders
CAO
werkgelegenheid
Omwille van
het vele verlof dat al is ingepland deze week (herfstvakantie) en volgende week
(voor/na 11/11), hebben we er voor gekozen om de personeelsvergaderingen te
laten doorgaan op:
Dinsdag 17 november 2015:
· Morgenpost + dagpost om 08.00 uur
· Middagpost + dagpost om 14.00 uur
· Nachtpost om 22.00 uur
Telkens
in de kantine
We vragen
jullie om je collega’s waarvan je nu al weet dat ze afwezig zijn die dag
(verlof, ziek, vrije dag enz..) te verwittigen.
Dank bij
voorbaat!
ACV
- ABVV
donderdag 17 september 2015
Nationale Betoging 7 oktober 2015
OPROEP om deel te nemen aan de betoging van 7/10.
We gaan met de bus. Dus inschrijven vooraf is noodzakelijk.
Startuur enz..... volgen nog.
KRUIMELS VOOR DE WERKNEMERS
KRUIMELS VOOR DIEGENEN
DIE VAN EEN UITKERING MOETEN LEVEN
KRUIMELS VOOR DIEGENEN
DIE DE TOEKOMST VAN HET LAND ZIJN
ABVV, ACV en ACLVB zetten het verzet verder en nodigen de andere sociale bewegingen uit dit verzet
breed te ondersteunen!
Dag op dag 1 jaar geleden werd een onverteerbaar regeerakkoord afgesloten. Het beleid van de deelregeringen
is al niet veel beter.
De werkgevers en de financiële lobby’s zitten in een zetel.
Voor deze verjaardag trakteren we hen op
een nationale betoging in gemeenschappelijk
vakbondsfront en samen met de sociale
bewegingen. Want voor de werknemers en de
gerechtigden op sociale uitkeringen blijven er na
1 jaar regeringsbeleid alleen maar kruimels over.
De indexsprong, de beperking van de welvaartsvastheid,
de verhoging van de wettelijke pensioenleeftijd,
de uitholling van het eindeloopbaanbeleid
(SWT, vervroegd pensioen, landingsbaan),
het opleggen van absurde beschikbaarheidsregels,
de harde activering van zieken en invaliden,
de halvering van de inkomensgarantie-uitkering,
de ingrepen in de inschakelingsuitkering, de
afschaffing van de anciënniteitstoeslag, talrijke
en zware ingrepen in de openbare sectoren en
de overheidspensioenen, de verhoging van de
bijdrage zorgverzekering, de verhoging van de
facturen voor elektriciteit en water, de vermindering
van de woonbonus, de verhoging van de
tarieven van De Lijn en het beperken van het
aanbod van openbaar vervoer, de verhoging van
het inschrijvingsgeld voor het hoger onderwijs
en het volwassenenonderwijs… Met bovenop
nog eens de invoering van de flexi-jobs in de
horeca, van nachtarbeid in de e-commerce, en
tal van andere ingrepen die ons boven het hoofd
hangen.
Daarom eisen we van de regeringen en de
werkgevers:
— het herstel van de koopkracht;
— een verschuiving van belastingen met een
rechtvaardige bijdrage van grote vermogens
en
kapitaalinkomens;
— een sociaal overleg dat inzet op hogere
pensioenen;
— banenplannen met extra inspanningen om
kwetsbare groepen als jongeren, oudere en
langdurig werklozen aan het werk te krijgen en
te houden;
— een sociaal overleg over werkbaar en duurzaam
werk met tastbare resultaten;
— aanzienlijke en kwalitatieve investeringen in
de openbare diensten en de non-profit;
— behoud en versterking van de federale sociale
zekerheid die bij inactiviteit de koopkracht
vrijwaart en mensen uit de armoede houdt;
— vrijwaring en versterking van de arbeidsbescherming;
— ernstig sociaal overleg.
De vakbonden zijn klaar voor een nieuwe fase
van verzet,
want er zijn alternatieven.
dinsdag 18 augustus 2015
maandag 10 augustus 2015
geen 4 weken betaald vakantie?..... toch wel!!
Geen 4 weken betaalde vakantie? Toch wel!
donderdag, 6 augustus 2015
Wanneer je begint te werken heb je
normaal gezien geen recht op betaalde vakantiedagen voor het lopende jaar. Je
hebt (in de vijfdagenweek) enkel recht op 20 dagen betaalde vakantie als je het
volledige jaar daarvoor gewerkt hebt. Maar...
normaal gezien geen recht op betaalde vakantiedagen voor het lopende jaar. Je
hebt (in de vijfdagenweek) enkel recht op 20 dagen betaalde vakantie als je het
volledige jaar daarvoor gewerkt hebt. Maar...
In bepaalde gevallen kan je toch 4 weken
betaalde vakantie krijgen tijdens je eerste werkjaar of wanneer je het
werk hervat na een onderbreking. Dit kan via:
betaalde vakantie krijgen tijdens je eerste werkjaar of wanneer je het
werk hervat na een onderbreking. Dit kan via:
- de jeugdvakantie voor jongeren onder 25 jaar,
- de seniorvakantie voor de 50-plussers,
- of de Europese
vakantie in alle andere gevallen waarbij je begint te
werken.
Eerste job?
Jeugdvakantie
Je oefent je eerste job uit maar je hebt nog geen
jaar anciënniteit. Je zit m.a.w. in je eerste werkjaar. Ben je
jonger dan 25, dan kan je 4 weken vakantie nemen of de
vakantiedagen die je toch al verworven hebt op basis van het onvolledig gewerkte
jaar aanvullen met een uitkering van de RVA. Dit is de ‘jeugdvakantie’.
jaar anciënniteit. Je zit m.a.w. in je eerste werkjaar. Ben je
jonger dan 25, dan kan je 4 weken vakantie nemen of de
vakantiedagen die je toch al verworven hebt op basis van het onvolledig gewerkte
jaar aanvullen met een uitkering van de RVA. Dit is de ‘jeugdvakantie’.
Je moet wel eerst je wettelijke vakantiedagen
opnemen. Dat zijn de dagen die je als werknemer het voorgaande jaar opgebouwd
hebt. Je werkgever moet je de afrekening bezorgen.
opnemen. Dat zijn de dagen die je als werknemer het voorgaande jaar opgebouwd
hebt. Je werkgever moet je de afrekening bezorgen.
- Voorbeeld
Als je in oktober 2014 aangeworven werd, dan
heb je voor dat kwartaal dat je in 2014 gewerkt hebt, recht op 6 wettelijke
vakantiedagen.
Maar je kan dus nog 14 dagen jeugdvakantie erbij nemen om aan
het maximum van 20 dagen te geraken.
Die jeugdvakantiedagen zijn ten laste van de
RVA en worden betaald in de vorm van een
werkloosheidsuitkering. Die wordt berekend op basis van 65% van je
brutoloon. Dit wordt wel begrensd tot 2.148,28 euro, dus je ontvangt maximum 53
euro bruto per dag.
RVA en worden betaald in de vorm van een
werkloosheidsuitkering. Die wordt berekend op basis van 65% van je
brutoloon. Dit wordt wel begrensd tot 2.148,28 euro, dus je ontvangt maximum 53
euro bruto per dag.
Wat zijn de voorwaarden?
- Je mag op 31 december van het jaar voorafgaand
aan het jaar waarin je vakantie neemt, niet ouder dan 25 zijn;
- Je moet tijdens het voorgaande jaar je
studies beëindigd of stopgezet hebben;
- Je moet in het betrokken jaar, het jaar waarin
je afstudeerde, minstens één maand gewerkt hebben;
- Je mag voor de dagen jeugdvakantie geen
andere beroeps- of vervangingsinkomens ontvangen.
Werk je deeltijds, dan heb je eveneens recht op
jeugdvakantie, maar dan wel in verhouding tot je prestaties. Wanneer je
halftijds werkt, zal je dus voor een jaar maar op 10 volledige of 20 halve dagen
recht hebben.
jeugdvakantie, maar dan wel in verhouding tot je prestaties. Wanneer je
halftijds werkt, zal je dus voor een jaar maar op 10 volledige of 20 halve dagen
recht hebben.
Wat moet ik doen?Om jeugdvakantie te nemen moet je een speciaal formulier (C103 -jeugdvakantie) zelf invullen, het ook door je werkgever laten invullen en het aan je werkloosheidskas, dus het ABVV, bezorgen. Je kan dit formulier downloaden op de site van de RVA, afhalen of opvragen bij het ABVV-kantoor in je buurt. Voor info, advies en hulp bij je aanvraag kan je ook terecht bij de ABVV-jongeren / Mag ik? |
50-plusser na een
onderbreking? Seniorvakantie
Dezelfde regeling – met dezelfde uitkeringen –
bestaat ook voor 50-plussers die opnieuw het werk hervatten nadat ze een periode
niet gewerkt hebben, en waardoor ze dus geen vakantierechten in het jaar voor de
hervatting konden opbouwen.
bestaat ook voor 50-plussers die opnieuw het werk hervatten nadat ze een periode
niet gewerkt hebben, en waardoor ze dus geen vakantierechten in het jaar voor de
hervatting konden opbouwen.
Wat moet ik doen?Netals bij jeugdvakantie moet je bij seniorvakantie ook een speciaal formulier(C103- seniorvakantie) zelf invullen, laten aanvullen door je werkgever en het aan je werkloosheidskas, dus het ABVV, bezorgen. Je kan dit formulier downloaden op de site van de RVA, of je haalt het af of vraagt het op bij het ABVV-kantoor in je buurt . |
Plan B: Europese vakantie
Met deze regeling heb je, wat er ook gebeurt, recht op 4 weken vakantie perjaar:
- zelfs al zit je in je eerste werkjaar, maar op voorwaarde dat je minstens
drie maanden gewerkt hebt (aanloopperiode),
- zelfs al heb je door je werk het jaar ervoor een vakantierecht opgebouwd van
minder dan 20 dagen.
betekent dat je na drie maanden recht hebt op een week Europese
vakantie, na zes maanden werken heb je recht hebt op twee weken, enzovoort.
Het verschil tussen de Europese vakantie en onze Belgische regeling is dat er
in het Europese systeem al rekening gehouden wordt met het lopende werkjaar.
Bovendien kan het Europese systeem onze regeling aanvullen.
Als je bijvoorbeeld met onze vakantieregeling recht hebt op twee weken vakantie
door je prestaties van het vorig jaar, dan kan je die 2 weken aanvullen met de
Europese vakantie.
Let op!
Europese vakantie is een recht van de werknemer
maar je werkgever is niet verplicht om het je aan te bieden. Je moet als
werknemer dus expliciet je recht doen gelden. Dit doe je gewoon door
Europese vakantie aan te vragen bij je werkgever. Daar kan je werkgever zich
niet tegen verzetten.
maar je werkgever is niet verplicht om het je aan te bieden. Je moet als
werknemer dus expliciet je recht doen gelden. Dit doe je gewoon door
Europese vakantie aan te vragen bij je werkgever. Daar kan je werkgever zich
niet tegen verzetten.
Dus: je werkgever is niet verplicht om je
automatisch Europese vakantie toe te kennen, je moet er zelf om vragen.
automatisch Europese vakantie toe te kennen, je moet er zelf om vragen.
Dit is een groot verschil met de wettelijke
vakantie! De wettelijke vakantie is een recht voor de werknemers en een
verplichting voor de werkgever.
vakantie! De wettelijke vakantie is een recht voor de werknemers en een
verplichting voor de werkgever.
Wanneer en voor wie?
De Europese vakantie geldt in de volgende situaties en is interessantvoor:
- starters die voor het eerst aan de slag zijn of werknemers
die beginnen als loontrekkende;
- werknemers die nu in ons land als loontrekkende werken nadat ze een
periode in het buitenland hebben gewerkt;
- werknemers/loontrekkenden die voordien zelfstandige
waren;
- wie nu in de privésector aan de slag is en voordien in de openbare
sector werkte;
- wie opnieuw werkt na een periode van volledige
werkloosheid;
- werknemers die het werk hervatten na een lange
ziekteperiode;
- wie het werk als loontrekkende hervat na een volledige
loopbaanonderbreking;
- deeltijdse werknemers die opnieuw voltijds aan de slag gaan
maar geen vier weken vakantie hebben omdat ze het jaar ervoor deeltijds
gewerkt hebben;
Voorbeeld
Sandra werkte halftijds in
2014 maar werkt sinds 1 januari 2015 voltijds bij dezelfde werkgever. Volgens de
gewone ‘Belgische’ vakantieregeling heeft ze in 2015 maar recht op 10 dagen
vakantie. Met de Europese regeling kan ze deze 10 dagen aanvullen met nog eens
10 dagen om zo dit jaar toch tot een totaal van 4 weken vakantie te
komen.
Sandra werkte halftijds in
2014 maar werkt sinds 1 januari 2015 voltijds bij dezelfde werkgever. Volgens de
gewone ‘Belgische’ vakantieregeling heeft ze in 2015 maar recht op 10 dagen
vakantie. Met de Europese regeling kan ze deze 10 dagen aanvullen met nog eens
10 dagen om zo dit jaar toch tot een totaal van 4 weken vakantie te
komen.
- deeltijdse werknemers die hun werkregime verhogen met minstens
20% van een voltijdse baan t.o.v. hun gemiddeld werkregime van het
vorig jaar;
Voorbeeld
Alain werkte halftijds in
2014, hij presteerde dus 50% van een voltijdse job. Maar dit jaar werkt Alain in
een 4/5de regeling en presteert hij dus 80% van een voltijdse job. Er is dus
sprake van een verhoging met 30%. Alain kan dus zijn 10 dagen (in het Belgisch
systeem) aanvullen met 6 dagen Europese vakantie zodat hij in 2014 aan 16 dagen
vakantie komt, wat overeenkomt met 4 weken vakantie voor een 4/5de.
Alain werkte halftijds in
2014, hij presteerde dus 50% van een voltijdse job. Maar dit jaar werkt Alain in
een 4/5de regeling en presteert hij dus 80% van een voltijdse job. Er is dus
sprake van een verhoging met 30%. Alain kan dus zijn 10 dagen (in het Belgisch
systeem) aanvullen met 6 dagen Europese vakantie zodat hij in 2014 aan 16 dagen
vakantie komt, wat overeenkomt met 4 weken vakantie voor een 4/5de.
- werknemers die deeltijds ouderschap hadden en nu opnieuw
voltijds aan de slag gaan.
Loon?
Tijdens je Europese vakantiedagen heb je recht op een bedrag dat gelijk isaan je volledig loon. Bij bedienden worden de Europese vakantiedagen betaald
door de werkgever, bij arbeiders door de vakantiekassen.
Let op!
Het gaat hier slechts om een voorschot
dat het jaar daarna met het dubbel vakantiegeld verrekend wordt.
Wat je het ene jaar ontvangt, krijg je niet meer het jaar
nadien.
dat het jaar daarna met het dubbel vakantiegeld verrekend wordt.
Wat je het ene jaar ontvangt, krijg je niet meer het jaar
nadien.
Daarom is het beter als je jonger dan 25 of ouder
dan 50 bent, het systeem van de jeugd- of de seniorvakantie te gebruiken die
door de RVA betaald worden, aangezien je een keuze moet maken tussen de ene of
de andere regeling.
dan 50 bent, het systeem van de jeugd- of de seniorvakantie te gebruiken die
door de RVA betaald worden, aangezien je een keuze moet maken tussen de ene of
de andere regeling.
Wat moet ik doen?Roep je als werknemer je recht op de Europese vakantie in, dan moet jewerkgever op jouw vraag het nodige doen.
|
vrijdag 7 augustus 2015
Werken als jobstudent: wat zijn de regels?
donderdag, 6 augustus 2015
Je werkt als jobstudent en twijfelt over het aantal dagen dat je mag
werken? Geen paniek, ABVV-Jongeren maakt je wegwijs.
Vanaf 16 jaar
Werken als jobstudent kan pas vanaf 16 jaar, of vanaf 15 jaar als je de eerste twee studiejaren van het middelbaar onderwijs hebt gevolgd (je moet niet geslaagd zijn in het tweede jaar).
50 dagen
Als jobstudent mag je 50 dagen per jaar werken. Of je die 50 dagen in het voorjaar werkt, in de zomer, in het najaar, of gespreid over het hele jaar maakt niet uit: zolang je in totaal maar niet meer dan 50 dagen werkt. De periodes moeten niet aaneengesloten zijn en moeten niet bij dezelfde werkgever zijn. Als jobstudent geniet je een verminderde RSZ-bijdrage: er wordt 2,71 procent van je loon afgehouden, de andere 5,42 procent is ten laste van de werkgever.
Langer dan 50 dagen
Wil je meer dan 50 dagen werken? Dat kan, maar heeft gevolgen.
- 50 dagen bij dezelfde werkgever? Dan is de volledige RSZ-bijdrage te betalen (13,07 procent) vanaf de 51ste dag, op voorwaarde dat de werkgever een correcte aangifte doet.
- 50 dagen bij verschillende werkgevers? Dan is de volledige RSZ-bijdrage te
betalen vanaf de 51ste dag, op voorwaarde dat de laatste werkgever een correcte
aangifte doet.
Teller werkdagen
Je kan zelf je gewerkte dagen opvolgen en controleren via www.studentatwork.be en een attest afdrukken voor je (potentiële) werkgever met hoeveel dagen er nog over zijn. De werkgever is en blijft wel nog steeds verantwoordelijk voor een correcte aangifte.
Kinderbijslag
Je hebt onvoorwaardelijk recht op kinderbijslag tot en met augustus van het jaar waarin je 18 wordt.
Ben je ouder of verjaar je pas laat in het jaar (bijvoorbeeld in november), dan verlies je het recht op kinderbijslag niet als je maximum 240 uur per kwartaal werkt als jobstudent. In de zomermaanden mag je onbeperkt werken als je geen schoolverlater bent (schoolverlaters mogen ook in de zomermaanden maar 240 uur werken):
- januari-februari-maart: max. 240 uur
- april-mei-juni: max. 240 uur
- juli-augustus-september: onbeperkt (schoolverlater: max 240 uur)
- oktober-november-december: max. 240 uur
Als je in een kwartaal meer uren gewerkt hebt, dan verlies je het recht op kinderbijslag voor het hele kwartaal. Het is dus zeker belangrijk je gewerkte uren goed bij te houden. Hoe je dat doet, is niet echt van belang: dat kan op een blaadje, op de computer via www.studentatwork.be of via de app van studentatwork of de app van de kinderbijslagkas. Die waarschuwen je zelfs als je bijna aan 240u zit. Als dat niet handig is.
Eerste hulp voor jongeren, ook tijdens de zomervakantie
Ben je jobstudent of schoolverlater, en heb je een vraag of een probleem?
Contacteer dan als de bliksem één van onze medewerkers in je buurt.
Contacteer de ABVV-Jongeren Gewerkte dagen opvolgen en controleren via studentatwork.be De app van student@work
donderdag 9 juli 2015
Regering Michel volhardt in haar antisociale beleid
donderdag, 9 juli 2015
Vandaag bracht het Beheerscomité uitkeringen van het RIZIV een verdeeld advies uit over een ontwerp van KB van de regering waarmee zij zieke werknemers verplicht wil activeren. Het ABVV heeft een negatief advies uitgebracht.
Voortaan zullen de adviserend geneesheren van de ziekenfondsen verplicht worden hun leden na twee maanden ziekte-uitkering een re-integratieplan op te leggen.
Momenteel worden er al in ruime mate ondersteunende maatregelen genomen om arbeidsongeschikte (cf. eerste 6 maanden ziekte na de periode van gewaarborgd maandloon) of invalide (na deze 6 maanden) werknemers opnieuw aan het werk te zetten:
- via een deeltijdse werkhervatting of een hervatting van een aangepast werk na akkoord van de arbeidsgeneesheer en de werkgever;
- ofwel via een begeleidingsplan waarbij de werknemer een vormings- en begeleidingsprogramma van VDAB of Actiris kan volgen dat door het RIZIV gefinancierd wordt.
In het regeringsontwerp is er geen sprake meer van vrijwilligheid, het re-integratieplan zal immers automatisch opgelegd worden na amper twee maanden arbeidsongeschiktheid, en wel door de adviserend geneesheer die op dat moment vaak nog niet in de mogelijkheid is om de evolutie van de ziekte te kunnen beoordelen. De ziekenfondsen zullen om medische redenen van die verplichting kunnen afwijken, maar op termijn zullen ze wel beoordeeld worden op hun efficiëntie om zieke werknemers weer aan het werk te krijgen.
De betrokken werknemers zullen gevraagd worden een overeenkomst te tekenen waarbij ze zich ertoe verbinden de in een programma opgenomen integratiemaatregelen te volgen. Weigeren ze “zonder geldige reden” (begrip dat niet gedefinieerd wordt in de tekst) of werken ze onvoldoende mee, dan zal hun uitkering met 10% verminderd worden!
Dit nieuwe activeringsbeleid valt samen met het moment waarop de uitgaven van het RIZIV voortdurend stijgen. Een verschijnsel dat ongetwijfeld nog zal toenemen doordat de voorwaarden op het vlak van het loopbaaneinde (tijdskrediet, brugpensioen, vervroegd pensioen …) verstrengd werden en de arbeidsvoorwaarden voor veel werknemers minder en minder werkbaar worden!
Bovendien worden de werkgevers niet geresponsabiliseerd. Niets verplicht hen in de voorwaarden voor een werkhervatting te voorzien. Erger nog, ze zullen werknemers die ongeschikt bevonden worden om hun vroeger werk te hervatten, zonder opzeg en zonder opzegvergoeding kunnen ontslaan.
Deze maatregel van de regering zal de terugkeer van zieke werknemers zeker niet beter ondersteunen. Het enige doel is besparen op de kap van de zwaksten en zieke werknemers naar de werkloosheid en actieve beschikbaarheid doorverwijzen.
Volgens het ABVV moet de regering integendeel maatregelen nemen voor een echte terugkeer naar de werkvloer, meer bepaald via een grotere responsabilisering van de werkgevers die moeten zorgen voor aangepast werk.
Willen die maatregelen echt doeltreffend zijn, dan mogen ze in geen geval opgelegd worden. Ze moeten absoluut hun vrijwillig karakter behouden. Bovendien moeten de arbeidsgeneesheer en de preventieadviseur nauw betrokken worden omdat zij de realiteit van de onderneming en de werkplek van de betrokken werknemer veel beter kennen.
Het ABVV wijst er ten slotte nog op dat twee derde van de Belgische bedrijven te maken heeft met psychosociale en musculoskeletale risicofactoren en dat er dus absoluut preventief opgetreden moet worden om deze risico’s te voorkomen. Het is de taak van de werkgevers om ervoor te zorgen dat hun werknemers in werkbare omstandigheden kunnen werken.
dinsdag 2 juni 2015
ABVV-METAAL INFORMEERT
ABVV-Metaal
Juni 2015
Ontwerpakkoord metaalbouw 1 juni 2015
Na een viertal onderhandelingsrondes hebben we met de werkgevers in de metaalbouw een ontwerpakkoord afgesloten. In de sector metaalbouw werken zowat 150.000 arbeiders. We lichten voor jou de belangrijkste resultaten uit dit ontwerpakkoord toe:
KOOPKRACHT
• Vanaf 1 januari 2016 verhogen de effectieve – en de minimumlonen met 0,07 euro bruto per uur in een 38-urenregime;
• Op 1 januari 2016 verhoogt de bijdrage voor het sectoraal pensioenfonds met 0,29 %. Dit brengt de totale bijdrage voor de pensioenopbouw op 2,19 %;
• Het nationaal minimumloon wordt vastgelegd op 11,25 euro;
• Er wordt een pro-rata-eindejaarspremie voorzien bij vrijwillig vertrek uit de onderneming en boven-dien in geval van ontslag door medische overmacht;
• De Vlaamse premies worden verlengd.
WERKBAAR WERK
• Voortaan heeft iedere arbeider van 50 jaar of ouder, recht op 1 dag loopbaanverlof per jaar;
• Tegen medio 2016 komt er voor de metaalbouw een sectoraal model werkbaar werk. Dit model om-vat een reeks maatregelen die werken in de metaalbouw draaglijk en aangenamer moeten maken.
SWT
In de sector metaalbouw is het maximum gedaan om binnen de verstrengde regeringsmaatregelen, het SWT toch mogelijk te maken, m.n.:
• SWT lange loopbaan op 58 jaar bij 40 jaar loopbaan;
• SWT 58 jaar met een loopbaan van 33 jaar waarvan 20 jaar met nachtprestaties;
• SWT 58 jaar met een loopbaan van 33 jaar – zware beroepen bij 10 jaar anciënniteit in de onderne-ming;
• SWT 60 jaar bij een loopbaan van 40 jaar voor de mannen en 31 jaar (in 2015) en 32 jaar (in 2016) voor de vrouwen.
1
TIJDSKREDIET EN LANDINGSBANEN
• Het tijdskrediet met motief wordt zowel voltijds als halftijds maximaal opengesteld voor een periode van 36 maanden;
• De landingsbaan op 50 jaar bij een loopbaan van 28 jaar, wordt verlengd, evenwel zonder een recht op een uitkering;
• De landingsbaan op 55 jaar in het kader van een lange loopbaan en de zware beroepen, wordt voor-zien.
2
zondag 24 mei 2015
vrijdag 1 mei 2015
vrijdag 24 april 2015
CUBA, here we come!
- Geschreven door Sven Hemelaers
In gesprek met ... Sven Hemelaers.
Het was een mooie en aangename zomerweek ergens in juni 2013. Naar halfjaarlijkse gewoonte komen we met de groepsbegeleiders samen in ons vormingscentrum te Bremberg om terug te blikken op een halfjaar intensief groepen begeleiden en vorming geven. Maar ook tijdens deze dagen nemen we de tijd om bij te praten onder de kameraden en te dromen...Een aantal jaren geleden trokken we met onze groep naar Krakau voor een bezoek aan het concentratiekamp Auschwitz-Birkenau. Tijdens deze bezoeken ervaar je, voel je hoe belangrijk solidariteit is, hoe belangrijk zorgen voor elkaar is en waarom we dag in dag uit moeten blijven ijveren voor een rechtvaardiger samenleving.
Eens terug, begonnen we weer te dromen..., dromen over die ene ultieme, mooie reis naar CUBA. We wilden aan de lijve ondervinden wat solidariteit is voor Cubanen, rekening houdend met de beperkingen waartoe ze gedwongen zijn. Een aantal jaren gingen voorbij tot die ene dag in juni 2013 waar alles concreet werd. In 2015 gaan we naar CUBA !
Plannen werden gesmeed en het spaarplan ging van start. Door een maandelijks bedrag te sparen werd onze eigen spaarrekening niet al te veel pijn aangedaan.
Tegelijkertijd werd het startschot gegeven van ons project 'Solidaridad con Panama'. Dit is een school voor kinderen met geestelijke of lichamelijke beperkingen. Vele metallo's hebben ondertussen een exemplaar van onze Che Guevara-sleutelhanger gekocht. Als orgelpunt werd er dit jaar op 7 februari een benefiet-evenement georganiseerd. Van security tot medewerkers, van band tot DJ, alles werd gratis als ondersteuning voor het project gedaan. Dit alles heeft ons een mooi bedrag bezorgd dat we zullen overhandigen tijdens ons bezoek. Langs deze weg bedanken we ieder van jullie voor de steun die bijgedragen heeft tot het slagen van dit project.
De periode waarin we reizen is zorgvuldig uitgekozen, namelijk van 27 april tot 10 mei. Ik kijk er dan ook bijzonder naar uit "onze" 1 mei te vieren in een land waar 1,5 miljoen mensen dit samen met mij zullen doen. Met een Cubaanse sigaar en een mojito in de hand klinken op onze sociale verworvenheden, op onze sociale strijd op een prachtig eiland in de Caraïben is een droom die uitkomt.
Verder zullen we onze syndicale banden uitbreiden door ontmoetingen met onze Cubaanse kameraden, met bezoeken aan een fabriek, een ziekenhuis en mag er één iemand van ons gaan spreken op het congres.
Havana, Trinidad, Santa Clara , Plaza de la Revolución zullen geen nobele onbekende meer zijn en mijn voeten gaan ervaren hoe het zand van parelwitte Caribische stranden aanvoelt.
El hombre está condenado a ser libre.
Sven Hemelaers
Hoofdafgevaardigde HEN Houthalen
vrijdag 20 maart 2015
dinsdag 17 maart 2015

Ook in 2015 gaan we met HART BOVEN HARD voor een warme samenleving, want waar winst het wint van waarde, is verlies het resultaat. We kijken met tevredenheid terug op het ontstaan van HART BOVEN HARD in 2014, maar we zijn eens te meer bezorgd over de toekomst van onze samenleving. We zullen er alles aan doen om onze stempel te drukken in 2015. De 10 Hartenwensen die vorm kregen op HARTSLAG in oktober van vorig jaar zijn afgewerkt! Ook de Franstalige tegenhanger van onze beweging is op kruissnelheid. Samen met TOUT AUTRE CHOSE werken we toe naar een Grote Parade op zondag 29 maart!
HARTENWENSEN
Tijdens HARTSLAG (25/10/2014) legden we allen samen de basis voor onze 10 hartenwensen: onze tien streefprincipes voor een andere samenleving. Vandaag kunnen we ze met gepaste trots aan iedereen voorstellen. Hieronder vindt je de korte versie terug. Op onze website kan je terecht voor de uitgebreide versie: www.hartbovenhard.be/10-hartenwensen/
Verspreid mee onze wensen! Ze vormen de basis voor ons positief project richting de Parade van 29 maart.
Samen rijk
Een rijke samenleving herken je aan de kwaliteit van haar zorg, onderwijs, cultuur, mobiliteit, sport, ... Die rijkdom is van iedereen, verkoop ze niet uit aan private bedrijven! Wij bepleiten extra investeringen in elk sterk aanbod dat mensen rijker maakt aan kennis, verbeelding en artistieke gevoeligheid. Omdat levenskwaliteit niet in een spaarvarken past.
Tijdens HARTSLAG (25/10/2014) legden we allen samen de basis voor onze 10 hartenwensen: onze tien streefprincipes voor een andere samenleving. Vandaag kunnen we ze met gepaste trots aan iedereen voorstellen. Hieronder vindt je de korte versie terug. Op onze website kan je terecht voor de uitgebreide versie: www.hartbovenhard.be/10-hartenwensen/
Verspreid mee onze wensen! Ze vormen de basis voor ons positief project richting de Parade van 29 maart.
Samen rijk
Een rijke samenleving herken je aan de kwaliteit van haar zorg, onderwijs, cultuur, mobiliteit, sport, ... Die rijkdom is van iedereen, verkoop ze niet uit aan private bedrijven! Wij bepleiten extra investeringen in elk sterk aanbod dat mensen rijker maakt aan kennis, verbeelding en artistieke gevoeligheid. Omdat levenskwaliteit niet in een spaarvarken past.
Eerlijke belastingen
Werkenden, gezinnen en kleine zelfstandigen betalen belastingen zoals het hoort. Waarom de grootste bedrijven en de grote fortuinen niet? Met die middelen kunnen we meer energievriendelijke scholen, rusthuizen en sociale woningen bouwen. We dringen aan op rechtvaardige belastingen, ook op de grootste vermogens.
Sterk jong en oud
Een samenleving met toekomst bouw je op van in de wieg, met toegankelijke kinderopvang, genoeg vrije speelruimte, bloeiend jeugdwerk, gelijke kansen op degelijk onderwijs. Creëer waardevolle jobs voor jongeren, één op vijf zit zonder werk! Als gemeenschap gunnen we iedereen dezelfde kansen aan de start, én een evenwichtige oude dag.
Stop armoede
België is een rijk land, maar één op zeven Belgen leeft in armoede, en de kinderarmoede is verdubbeld. Intussen groeit de kloof: de 1 procent rijkste Belgen bezitten evenveel als 60 procent van de bevolking. Trek alle inkomens en uitkeringen op tot boven de armoedegrens. Dat kost de staat 1,5 miljard per jaar, terwijl ze wel 6 miljard ophoest voor de notionele interestaftrek, een belastingvoordeel voor vennootschappen..
Werkbaar werk
Stress en burn-outs zijn dé ziekte van onze tijd. We snakken naar meer tijd voor onszelf, ons gezin, voor (mantel)zorg. Daarom blijft herverdelen van arbeid en inkomen de uitdaging. Met tijdskrediet of een kortere werkweek met loonbehoud kunnen we de werkdruk verminderen en meer mensen tewerkstellen. Het maakt tijd vrij om bewuste, actieve burgers te zijn.
Leefbare buurt
Steden groeien steeds verder aan. Dat vraagt een sociale en ecologische vernieuwing. Willen we de kracht van het lokale echt opwaarderen, dan moeten steden en gemeenten méér in plaats van minder geld krijgen. Om fors te investeren in hun wijken en hun basisvoorzieningen, van cultuurcentra tot jeugd- en rusthuizen. We geven onze buurt niet prijs.
Diversiteit is realiteit
Diversiteit kleurt onze samenleving. Die grote verscheidenheid is onze realiteit. Toch versterkt nog te veel beleid de ongelijke behandeling van mensen op basis van afkomst, religie en/of seksuele geaardheid. Samen moeten wij voor gelijkwaardigheid gaan. Van ‘wij’ tegen ‘zij’ naar ‘onze’ samenleving. Omdat de toekomst pas begint waar racisme, discriminatie en uitsluiting stoppen.
Eco is logisch
Het klimaat geeft alarmsignalen: we overschrijden de draagkracht van de planeet. We moeten onze economie terug in handen nemen en inzetten op kwaliteit en hernieuwbaarheid. Van onderuit groeien tal van initiatieven die tonen dat het anders kan. Maar ook structurele veranderingen blijven nodig, met een internationale planning en bindende afspraken. Omdat zuurstof fijner ademt dan fijn stof.
Wees wereldwijs
België is geen eiland. Wat elders gebeurt, gaat ons mee aan. We geloven in meer internationale solidariteit, in een gastvrij België met een eigen vredespolitiek om conflicten te voorkomen. Ook pleiten we voor een ontwikkelingssamenwerking die geleidelijk groeit tot een wereldwijde sociale zekerheid. In een wereld die een dorp geworden is, vegen we niet enkel voor eigen deur.
Doe de democratie
Democratie is meer dan bolletjes kleuren. Ook na de verkiezingen moet besturen gebeuren mét de bevolking. De kwaliteit van een democratie valt af te meten aan kracht van een kritisch en actief middenveld. Wie dat aan de kant schuift, is geen democraat. De toekomst zal sociaal, ecologisch, solidair en superdivers zijn, of niet zijn. Daar is geen alternatief voor. Dat is het alternatief!
De Grote HART BOVEN HARD Parade
Zondag 29 maart, noteer die datum! We gaan allemaal samen voor een grote, creatieve parade waarin we onze stem laten horen en waar niemand naast kan kijken.
Op de Parade zullen we op een creatieve manier omgaan met de Hartenwensen. De Parade zal worden ingedeeld per Hartenwens. Sluit je met jouw organisatie aan bij één of meerdere hartenwensen, of sluit je aan bij een lokale HART BOVEN HARD-afdeling en werk mee aan een creatieve invulling van onze Parade. Wat je ook doet, hou 29 maart vrij en kom naar Brussel. Omdat er wel een alternatief is!
vrijdag 13 maart 2015
De ‘aangepaste beschikbaarheid' van de regering
donderdag, 12 maart 2015
De regering negeert het sociaal overleg
en lanceert 'aangepaste beschikbaarheid'...
Waarover gaat het?
De verplichting voor alle oudere
werklozen en bruggepensioneerden om tot hun 65ste beschikbaar te blijven voor de
arbeidsmarkt, met uitzondering van diegenen die op 31 december 2014 de
leeftijd van 60 jaar bereikt hadden, lokte een golf van verontwaardiging uit. De
oudere werknemers zouden plots actief naar werk moeten zoeken en onderworpen
worden aan controles en sancties.
Een pure pestmaatregel. En omwille van de
terugwerkende kracht van deze tergende regeringsbeslissing, ook een
contractbreuk ten opzichte van de mensen in brugpensioen.
De kwestie kwam uiteindelijk op de
onderhandelingstafel van de sociale gesprekspartners in de Groep van 10.
Vakbonden en werkgeversorganisaties kwamen tot een menselijker compromis dat door de
regering bekrachtigd moest worden. Die regering weigerde echter het compromis
volledig over te nemen en kwam met een nieuwe versie op de proppen. In die
versie van de regering wordt het probleem van de bruggepensioneerden van vóór
2015 min of meer geregeld, maar voor het overige wordt het compromis van de
sociale gesprekspartners radicaal gewijzigd.
De regering negeert zo het sociaal overleg, legt het compromis dat vakbonden én werkgeversorganisaties sloten naast zich neer, én gaat voorbij aan de realiteit van een arbeidsmarkt waar ouderen en jongeren het bijzonder moeilijk hebben.
Voor het verleden
Voor de mensen die vóór 1 januari 2015 al bruggepensioneerd of werkloos waren en niet meer beschikbaar moesten zijn, volgde de regering het advies van de Groep van 10: die mensen moeten niet meer beschikbaar zijn, ze zijn volledig vrijgesteld. Dit geldt ook voor mensen die voor 31 december 2014 kennis genomen hebben van hun ontslag in het kader van SWT: zij zijn ook volledig vrijgesteld en moeten niet beschikbaar zijn.
Voor het brugpensioen in het kader van ondernemingen in moeilijkheden of in herstructurering, blijft de deadline (net zoals in het compromis van de Groep van 10) 9 oktober 2014: dan moet de aankondiging van de herstructurering gebeurd zijn. Wie ontslagen wordt met het oog op SWT in het kader van een herstructurering die aangekondigd werd vóór 9 oktober 2014 zal passief beschikbaar moeten zijn, behalve wanneer ze 58 jaar zijn of een loopbaan van 38 jaar hebben.
Daarbuiten moeten de bruggepensioneerden ‘aangepast beschikbaar’ blijven tot hun 65 jaar volgens een nog vast te leggen timing, dit in plaats van de passieve beschikbaarheid zoals de Groep van 10 voorstelde.
Idem voor de in 2014 niet vrijgestelde oudere werklozen die eveneens tot hun 65ste ‘aangepast’ beschikbaar zullen moeten zijn.
Actieve beschikbaarheid wil zeggen dat je verplicht bent om
zelf nieuw werk te zoeken en dat je daarop wordt gecontroleerd. Bij
passieve beschikbaarheid moet je niet solliciteren, maar als er
je een job wordt aangeboden door VDAB, Actiris, Forem of een interimkantoor, dan
kan je die niet weigeren. Als ze bij een controle vinden dat je te weinig
gesolliciteerd hebt of wanneer je een job zou weigeren, dan kan je je uitkering
verliezen. De ‘aangepaste beschikbaarheid’ is passief noch actief. Het zou een gepersonaliseerde begeleiding zijn, gebaseerd op je ervaring en je vaardigheden, georganiseerd door de regionale tewerkstellingsdiensten VDAB, Actiris en Forem, met de verplichting om eventuele werk- of opleidingsaanbiedingen te aanvaarden die niet noodzakelijkerwijs zouden overeenstemmen met je vroegere job maar wel met je vaardigheden en ervaring, en dit op straffe van sancties. Maar in feite is het nu nog koffiedik kijken hoe dit nieuw concept concreet zal worden ingevuld en toegepast in de praktijk. Dit zou wel eens een doos van Pandora en een nieuwe pestmaatregel kunnen zijn voor de werknemers. |
Nieuwe intreders
Voor de bruggepensioneerden ontslagen vanaf 1 januari 2015 opteerde de Groep van 10 enkel voor de passieve beschikbaarheid, beperkt tot de leeftijd van 60 of 62 jaar in functie van de nieuwe regelgeving m.b.t. SWT en de kaderakkoorden m.b.t. de toegangsvoorwaarden tot de SWT-regeling. Voor de SWT zware beroepen en medische redenen werd een bijzondere vrijstellingsregeling voorzien.
Idem voor de oudere werklozen, hier werd een geleidelijke uitdovingsregeling voor de nog passieve beschikbaarheid voorzien.
De regering volgde hier niet de voorstellen van de Groep van 10 en wijzigde in grote mate de regels om in de meeste gevallen de beschikbaarheid te verlengen tot 65 jaar. En daarvoor vond zij het begrip ‘aangepaste beschikbaarheid’ uit.
Het ABVV wees deze regeringsvoorstellen af omdat ze op de een of andere manier de beschikbaarheid verlengen tot 65 jaar, terwijl oudere werknemers zo goed als geen kansen hebben om opnieuw aan de bak te komen en tienduizenden jongeren vruchteloos een job zoeken en velen onder hen zelfs uit de werkloosheid gesloten worden.
Dag van de vrouw?
Toppunt van cynisme: aan de vooravond van de Internationale Vrouwendag besliste de Ministerraad dat de toegangsleeftijd tot de afwijkingen op de beschikbaarheid zowel voor mannen als voor vrouwen geldt. Je moet echter weten dat de leeftijdsvoorwaarden voor de algemene SWT-regeling niet dezelfde zijn voor mannen (40 jaar) als voor vrouwen (31 jaar in 2015 + 1 jaar erbij per jaar tot in 2028).
Dat betekent dat vrouwen in de SWT-regeling die nog geen loopbaan van 40 jaar hebben, aangepast beschikbaar zullen moeten blijven tot ze aan de vrijstellingsvoorwaarden voldoen.
Download dit artikel en de tabellen
vrijdag 27 februari 2015
Waarover gaat de discussie precies?
De Wet op de aanvullende pensioenen (WAP) dateert van 2003. Deze wet was baanbrekend, omdat zij het
mogelijk maakte om op sectoraal vlak een aanvullend pensioenstelsel in te
richten. Voor de sociale partners in de metaalsectoren
was dit het signaal om ervoor te zorgen dat iedere arbeider voortaan een aanvullend pensioen kon opbouwen. De
organisatie van een aanvullend pensioen steunt op twee pijlers: de inrichter en
de pensioeninstelling.
De
inrichter is de initiatiefnemer maar tegelijk ook de eindverantwoordelijke. De pensioeninstelling
beheert (belegt) de inleg en zorgt ervoor dat elke deelnemer krijgt waar hij
recht op heeft. In de metaalsectoren zijn er 2 soorten pensioeninstellingen:
- Voor de sectoren metaalverwerking en monteerders spreken we van een paritair beheerd pensioenfonds, het Pensioenfonds Metaal (www.pfondsmet.be);
- Voor de sectoren garages, koetswerk, metaalhandel, terugwinning van metalen en edele metalen is de pensioeninstelling een verzekeringsmaatschappij, Sepia (samenwerking tussen Belfius en KBC verzekeringen) (www.sefocam.be);
- Voor de sector elektriciens is de pensioeninstelling de verzekeringsmaat-schappij Axa (www.fbz-fse-elec.be).
- Voor de sectoren metaalverwerking en monteerders spreken we van een paritair beheerd pensioenfonds, het Pensioenfonds Metaal (www.pfondsmet.be);
- Voor de sectoren garages, koetswerk, metaalhandel, terugwinning van metalen en edele metalen is de pensioeninstelling een verzekeringsmaatschappij, Sepia (samenwerking tussen Belfius en KBC verzekeringen) (www.sefocam.be);
- Voor de sector elektriciens is de pensioeninstelling de verzekeringsmaat-schappij Axa (www.fbz-fse-elec.be).
In al de
bovengenoemde sectoren wordt je aanvullend pensioen gefinancierd door een vaste
bijdrage van de werkgever op je
loon. Over de hoogte van deze bijdrage
wordt om de twee jaar onderhandeld en dat percentage wordt vastgelegd in een
sectorale cao.
Daarnaast kun je
in bepaalde gevallen ook zelf een bijdrage leveren aan de opbouw van je
aanvullend pensioen. In geen enkele metaalsector is deze optie
mogelijk.
Al deze
bijdragen worden voor jou opgespaard, voorzien van een gewaarborgd rendement
tot op het moment dat je je aanvullend pensioen kunt opvragen.
Het is dit
'gewaarborgd rendement' dat momenteel ter discussie staat.
Wat met het gewaarborgd rendement?
De WAP legde het gewaarborgd rendement vast op 3,25 % voor de werkgeversbijdrage en 3,75 % voor de
eigen bijdrage. Dit is een hoog rendement als je het vergelijkt met het
rendement dat je bank momenteel aanbiedt voor je spaarrekening. De grote
boosdoener is de Europese Centrale Bank die massaal geld tegen een lage rente
in de markt pompt om aldus de slapende economie aan te wakkeren. Bovendien
zorgt de lage inflatie ook voor lage rendementen. Niet alleen je spaarcenten
leveren een laag rendement op, ook obligaties (schuldbewijs voor een lening
door een overheid of een onderneming) scoren historisch laag. Enkel aandelen
(eigendomsbewijs van een onderneming) geven momenteel een goed rendement. Maar
een belegging in aandelen houdt heel wat risico's in: de waarde van het aandeel
kan op een slecht moment kelderen en de onderneming kan failliet gaan.
Verzekeringsmaatschappijen
beleggen hun middelen bijna uitsluitend in obligaties. Door de lage rendementen
(bijv. een Belgische obligatielening op 10 jaar heeft vandaag een rendement van
minder dan 1 %) hebben zij het moeilijk om het minimumrendement van 3,25 % te
halen.
Vandaag garanderen verzekeringsmaatschappijen zowel bij nieuwe als oude
contracten, de facto al niet deze 3,25 %. Het is de
inrichter van het aanvullend pensioen (werkgever of Fonds voor
Bestaanszekerheid) die in dat geval verplicht
moet bijpassen.
Wat vraagt Assuralia?
Als Assuralia,
de vereniging van verzekeringsmaatschappijen, steen en been klaagt over de 3,25
%, dan is dit met een zekere
hypocrisie. Want het merendeel
van haar leden garandeert nergens
meer dit rendement. Trouwens toen
destijds de rendementen ver boven 3,25 % uitstegen, hebben wij Assuralia niet
gehoord om het gewaarborgd rendement op te trekken.
Erger nog,
Assuralia stelt bovendien resoluut dat het gewaarborgd rendement moet zakken
van 3,25 % naar 0,4 %.
Wat is de situatie in de metaalsectoren?
In het Pensioenfonds Metaal wordt de 3,25 % gewaarborgd
en ook ruim gehaald in het rendement. De middelen van het Pensioenfonds
Metaal zijn divers belegd, in obligaties, maar ook in aandelen en
infrastructuur.
Sepia is de
pensioeninstelling van de aanverwante metaalsectoren behalve de elektriciens.
Hier hebben de inrichters, m.n. de Fondsen voor Bestaanszekerheid van elke
sector, een beheersovereenkomst voor 5 jaar met Sepia afgesloten. Ook hier
wordt de afspraak over het gewaarborgd rendement van 3,25 % gerespecteerd.
Axa is
verzekeringsmaatschappij voor het sectoraal pensioen van de elektriciens. De
beheersovereenkomst met Axa voorzag een gewaarborgd rendement van 3,35 %. Vorig
jaar stelde Axa dat zij voor de laatste bijdrageverhoging van 0,1 %
(afgesproken in het sectoraal akkoord 2013-2014) niet meer het vereiste
rendement wilde garanderen. Het gevolg was dat het Fonds voor Bestaanszekerheid
van de elektriciens moest bijpassen. Als
je weet dat Axa in 2014 een nettowinst van 5,02 miljard euro boekte, hetzij 12
% meer dan in 2013, dan laat hier deze discussie omtrent het gewaarborgd
rendement toch een wrange nasmaak achter.
Hoe moet het nu verder?
Het is een open
deur intrappen als we stellen dat de
lokroep van Assuralia zoet klinkt in de oren van deze regering. In
zoverre zelfs dat de herziening van de rendementsgarantie in het regeerakkoord
staat.
Naast het
provocerende voorstel van Assuralia om het percentage te verlagen tot 0,4 %,
liggen er verschillende mogelijkheden op tafel: de rendementsgarantie laten
fluctueren met het reële rendement op de markt, of een rendementsgarantie die
rekening houdt met de inflatie.
Je aanvullend pensioen wordt opgebouwd tijdens je hele loopbaan. Per
definitie is het dus een langetermijnproject. Als het gegarandeerd rendement ongeveer
equivalent wordt aan rendement van een spaarboekje, juist een instrument van de
korte termijn, dan kun je je terecht afvragen of het nog zin heeft om met een
aanvullend pensioen te starten, althans bij een verzekeringsmaatschappij. Je
kunt evengoed het nettoloon verhogen en zelf sparen.
In 2014 haalden de pensioenfondsen in België een gemiddeld rendement van
bijna 12 %. Ook het paritair
beheerde Pensioenfonds Metaal haalde dat gemiddelde. Het moet wel gezegd worden
dat de (Europese) spelregels voor verzekeringen strenger zijn voor de
pensioenfondsen.
Momenteel staat in het Pensioenfonds Metaal de
rendementsgarantie van 3,25 % niet ter discussie en zo willen we het ook
houden.
zondag 22 februari 2015
Interactief & intern online magazine
ABVV coördinatie Interim
Handig voor de jongeren en uitzendkrachten onder ons
http://www.rechtenuitzendkracht.be
ABVV coördinatie Interim
Handig voor de jongeren en uitzendkrachten onder ons

zaterdag 21 februari 2015
ABVVHen Mailing
Wil je snel van alles op de hoogte zijn?
Stuur ons jouw e-mail adres door en wij zorgen dat je als één van de eerste op de hoogte bent.
Gewoon even een mail sturen naar:
abvv.electro-nite.be@heraeus.com
met als onderwerp: blogspot
en wij zorgen voor de rest.
Stuur ons jouw e-mail adres door en wij zorgen dat je als één van de eerste op de hoogte bent.
Gewoon even een mail sturen naar:
abvv.electro-nite.be@heraeus.com
met als onderwerp: blogspot
en wij zorgen voor de rest.
vrijdag 20 februari 2015
donderdag 19 februari 2015
woensdag 18 februari 2015
zondag 1 februari 2015
zaterdag 31 januari 2015
woensdag 28 januari 2015
dinsdag 27 januari 2015
Inkomensgarantie-uitkering (IGU)
Wat?
Indien je als werkloze het werk deeltijds hervat, kan je onder bepaalde voorwaarden bovenop je loon een uitkering ontvangen van de RVA. Deze uitkering, inkomensgarantieuitkering (IGU) genoemd, beoogt je een globaal inkomen te garanderen (loon + uitkering) dat:
- minstens gelijk is aan je werkloosheidsuitkering indien je deeltijdse betrekking maximum 1/3 van een voltijdse betrekking bedraagt
- hoger is dan je werkloosheidsuitkering indien je deeltijdse betrekking 1/3 van een voltijdse betrekking overschrijdt
NIEUW
De regering Michel heeft beslist om vanaf januari 2015 de berekening van de IGU te wijzigen. Wat zijn de wijzigingen?
- Je kan enkel een IGU ontvangen als je niet meer verdient dan een bepaald brutoloon (per maand).Momenteel bedraagt het brutoloon 1.559,38 euro. Vanaf 2015 wordt dat verminderd tot 1.501,82 euro.
- De IGU wordt berekend via een formule:
je werkloosheidsuitkering
+ een toeslag per uur dat je werkt boven de 55 uren per maand
- je nettoloon
De toeslag per uur bedraagt momenteel 3,05 euro. Vanaf januari 2015:
- voor gezinshoofden blijft de toeslag 3,05 euro
- voor alleenstaanden wordt dit 2,14 euro
- en voor samenwonenden 1,21 euro
- Momenteel wordt geen rekening gehouden met de werkbonus (vermindering van persoonlijke bijdragen voor lage lonen). In de toekomst (datum nog niet gekend) zal dat wel het geval zijn, het bedrag van de bonus zal in mindering gebracht worden van je uitkering.
- Als je 2 jaar een IGU ontvangt, zal je uitkering gehalveerd worden. Deze maatregel gaat in vanaf 2017.
Meer info over je rechten en plichten vind je in de infobladen ivm deeltijdse arbeid en werkloosheid. Wij nemen hieronder 2 versies op van de infobladen: één met de huidige situatie en één met de nieuwe berekening vanaf 2015.
2014
2015
Onze berekeningsmodule geeft je een idee van de IGU waar je eventueel recht op hebt in 2015. Bij de berekening van de IGU moet rekening gehouden worden met heel veel factoren. In onderstaande module hebben we niet alle mogelijkheden kunnen opnemen. Het resultaat kan dus niet beschouwd worden als een officiële beslissing in verband met jouw rechten als deeltijdse werknemer. Het ABVV kan in geen geval aansprakelijk worden gesteld voor het eventuele verschil met de officiële beslissing die de RVA neemt.
TIP
Voor 100% juiste informatie ga je best naar de werkloosheidsdienst in het ABVV-kantoor in jouw woonplaats. Daar helpt men je graag verder met raad en daad.
Abonneren op:
Posts (Atom)